Blog inspiratie

Dicht het gat tussen droom en daad

Een blog van Maikel Ruijs, projectleider bij Heijmans Infra en Wouter van Leeuwen, hoofduitvoerder bij Heijmans Infra.
Profielfoto van Redactie CROW
19 september 2023 | 2 minuten lezen

Voor Infra is overbruggen een vertrouwd werkwoord. Vrijwel altijd gaat het om oevers verbinden. Maar soms heeft overbruggen een figuurlijke betekenis: het dichten van gaten wanneer er verschillen zijn. Lukt dat? In dit artikel delen Maikel Ruijs, projectleider bij Heijmans Infra en Wouter van Leeuwen, hoofduitvoerder bij Heijmans Infra drie standpunten die centraal staan in hun visie op duurzaamheid.

In opvattingen, in begrotingen, in planningen: verschillen zijn er in velerlei vormen. Gelukkig kent Nederland een lange traditie in elkaar tegemoetkomen, waardoor verschillen overbrugd worden. Zo houden we 41.543 vierkante kilometer leefbaar.

Toch is het nodig om er een schepje bovenop te doen. Want zonder extra inspanningen lopen klimaat, natuur en milieu onherstelbare schade op – zeker op de lange termijn. Kortom: tijd voor nog meer duurzame inspanningen.

Aan de ene kant zien we aannemers in de gww-sector stappen zetten. Aan de andere kant sluit de weerbarstige praktijk er niet voldoende op aan. Toch valt ook dat gat te overbruggen, is onze mening. Die overtuiging past bij het bedrijf waar we voor werken, maar ook bij de jonge generatie waartoe we behoren. Onze leeftijd? Eenendertig en drieëndertig jaar. Voor ons is duurzaamheid deel van je grondhouding, geen modieus randverschijnsel.

Onze drie standpunten:​

  1. ​Neem alle duurzaamheidshandelingen in de RAW op
    Een duurzame aanpak dient zo goed mogelijk beschreven te worden. Oogmerk: transparantie en fair play voor alle betrokken partijen. Zo moet de aannemer in de bestekposten helder maken welke inspanningen hij op het vlak van duurzaamheid levert. Kortom: wat zijn de prestaties? Zo is hergebruik van materialen – in stuks/meters of percentages objectief, meetbaar en zichtbaar. Die vlieger gaat minder op bij EMVI-vragen over duurzaamheid. De antwoorden en de beoordeling ervan zijn in de regel waziger en vrijblijvender.
     
  2. Vraag de bouwer eerder aan tafel
    In de praktijk zien we dat overheden – van gemeente tot rijk – regelmatig kansen laten liggen om projecten zo duurzaam mogelijk uit te voeren. Oorzaak: (te) laat bouwers aan tafel uitnodigen. Spijtig, want zij hebben juist de kennis en kunde om de driedubbele waarde van het woord ‘duurzaamheidsstrategie’ ook buiten het Scrabble-bord te bewijzen.

    Adviezen van goede bouwers komen met name van pas omdat schrijvers van een RAW niet altijd exact weten welke duurzame producten op de snel veranderende markt voorhanden zijn. Een goede bouwer weet dat wel.

    Vroeger aanschuiven heeft nog een voordeel. Het reduceert het risico dat het RAW-bestek een te strak keurslijf wordt. Tijdig in gesprek gaan kan ook voorkomen dat een duurzame aanpak knelpunten in de planning veroorzaakt. Een voorbeeld: hergebruik van (aanwezige) materialen verlangt een andere deelfasering, want het is doorgaans een logistieke uitdaging.
     
  3. Voer striktere handhaving en toezicht uit
    Bij aanbestedingen wordt steeds vaker elektrisch materieel uitgevraagd – van aggregaten tot rupskranen. Dat kan een 100%-score opleveren. Goede zaak, maar de gedane beloftes inlossen is vers twee. Zo belandt duurzaamheid nogal eens in het gat tussen droom en daad. Zelden doet dat veel stof opwaaien. Verwonderlijk is dat niet, want toezicht op – en handhaving van – duurzaamheidsbeloftes in de EMVI blijft in de praktijk regelmatig uit of is niet optimaal. Dat knelt, dat wringt. Het benadeelt immers de bouwer die duurzaamheid wél serieus neemt. Voor de helderheid: het gaat er niet om het braafste jongetje van de klas te zijn. Maar omwille van fair play is scherper toezicht en handhaving meer dan wenselijk. Aan de uitvoerbaarheid daarvan twijfelen we ook niet. Waar een weg is, is een wil.