Nieuwsbericht

‘Je moet wel over een lange adem beschikken’

Interview – Provincie Groningen over Dashboard Monitoring DGWW

Profielfoto van Redactie CROW
21 maart 2023 | 3 minuten lezen

Weten waar je staat en dat voelbaar en inzichtelijk maken. Ja, dat is cruciaal bij het verduurzamen van een organisatie, vertelt Jolien Franke. Zij is medewerker Duurzame Infrastructuur bij de provincie Groningen, een van de koplopers bij Dashboard Monitoring DGWW. Wat is haar ervaring tot nog toe? Welke tips heeft zij?

  Jolien Franke

Jolien heeft in Groningen energie- en milieuwetenschappen gestudeerd en kon vier jaar geleden in het provinciehuis als trainee aan de slag. Daar stak zij vol overtuiging de vinger omhoog toen gevraagd werd wie er bezig wilde met monitoring. Tijdens haar studie was er volop aandacht voor het berekenen van levenscyclusanalyses, wat een goede achtergrond was voor de systematiek van de MKI, de Milieu Kosten Indicator. ‘Dus daar heb ik op mijn werk veel profijt van.’

Dat Groningen een van de koplopers is rondom dashboard monitoring, vindt Jolien een beetje dubbel. ‘In 1990 is in Nederland al afgesproken om CO2 te reduceren, dus eigenlijk zijn we 33 jaar te laat. Er is een enorme inhaalslag te maken.’

Aandacht voor levensduur

Meedenken over die versnelling is een van de taken van Jolien. ‘De provincie Groningen is al langer tijd bezig het thema. Onze organisatie heeft veel kennis in huis; we hebben een eigen ingenieursbureau en schrijven veel bestekken zelf. Er is altijd aandacht geweest voor een lange levensduur en dergelijke thema’s. Dat was fijn om te merken.’

Vanuit de Green Deal is Groningen ook aangesloten bij Duurzaam GWW. Dat heeft al tot meerdere stappen geleid. Zo schrijft de provincie standaard het gebruik van biodiesel (HVO-100) voor in alle bestekken. Let wel: tegen meerkosten, dus Groningen komt aannemers daarin tegemoet. Omdat Jolien zich heeft verdiept in MKI’s kan ze haar collega’s helpen bij deze systematiek. ‘Ik kijk en denk graag mee bij verschillende projecten. Waar loopt iemand tegenaan? Waar liggen kansen op gebied van duurzaamheid? Waar is verbetering mogelijk?’

Je moet meer doen dan alleen protocollen aanpassen, heeft ze gemerkt. ‘Het gaat veel meer over een cultuurverandering, een nieuwe manier van werken. Sinds 2019 merk ik die omslag, ook door alle aandacht voor klimaatdoelstellingen. Er komt steeds meer urgentie rondom duurzaamheid.’ Onlangs kon Jolien het bericht rondsturen dat de provincie is gecertificeerd voor de CO2 Prestatieladder niveau 3. ‘Ook bij ons valt nog genoeg te verbeteren, maar we gaan echt vooruit.’

Stalen of houten damwand?

Wat betreft DGWW valt alles samen met assetmanagement en het nauwkeurig in kaart brengen van het areaal, vertelt Jolien. ‘We wisten prima welke objecten we in beheer hadden, maar of het dan een stalen damwand of een houten is; dat is al lastiger. Het is ongetwijfeld ergens in een archief te vinden, maar als het object al wat ouder is, dan tover je het niet met een druk op de knop tevoorschijn.’

Toen Jolien begon met monitoring, probeerde ze voor specifieke projecten data op te vragen bij haar collega’s. ‘Ik vroeg vaak: welk materiaal is er toen en toen gebruikt? Maar ja, iedereen heeft het druk en dat ging niet heel vlot. Soms kreeg ik weken later pas reactie. Zo van: Uhh, zijn dit de cijfers die je zocht? Je moet wel een beetje over een lange adem beschikken.’

Enige tijd later hoorde Jolien hoe de provincie Noord-Holland bij monitoring gebruik maakt van een areaalberekening op basis van objecten.  ‘Aanvankelijk was ik sceptisch, maar ik zag dat het toch een aardig beeld oplevert. Dus die aanpak hebben we overgenomen. Je kunt daardoor vrij eenvoudig een footprint berekenen. Negentig procent van wat ik intern aan data opvroeg, was vrijwel direct beschikbaar.’

Werken met aannames

Lengtes en breedtes van wegen zijn exact bekend, vertelt Jolien. ‘Maar niet altijd weet je welk type asfalt is gebruikt. Daar werk ik met aannames. Voor sommige informatie ben je afhankelijk van de Nationale Milieu Database. Die was niet altijd nauwkeurig genoeg, maar daar is gelukkig verbetering in gekomen.’

Ook is ze blij met de ontwikkelingen rondom het programma DuboCalc.  ‘Daar zit nu een nieuwe beheerder op en daardoor is veel verbeterd. Ja, je moet daar op kunnen bouwen. DuboCalc is de belangrijkste tool om de GWW te verduurzamen, omdat het duurzaamheid meetbaar maakt en dus inzicht geeft.’

Dat Groningen een van de koplopers is, heeft dus ook met Jolien te maken, die zich hard maakte voor monitoring. Daarnaast verlangt duurzaamheid aandacht en enthousiasme vanuit het bestuur, zegt Jolien. ‘Onze gedeputeerde Fleur Gräper-van Koolwijk loopt bijvoorbeeld warm voor dit onderwerp en dat helpt om intern de handen op elkaar te krijgen voor een nieuwe aanpak of werkwijze.’

Specifieker en spannender presenteren

Het dashboard is in Groningen nog niet helemaal klaar voor gebruik.  ‘Ook Firm of the Future is nog bezig met de ontwikkeling. We hebben vanuit onze organisatie ook input geleverd richting de makers. Het mag allemaal nog iets specifieker en spannender worden gepresenteerd, maar het begin is er. Ik hoop ook dat er richting aannemers een makkelijke tool komt waar zij heel snel de informatie kunnen invullen, zodat die automatisch bij ons in het dashboard stroomt. Hoe minder tussenstappen, hoe beter.’

Uiteindelijk helpt monitoring om de grote klappen te kunnen maken, zegt Jolien. ‘Dat je per organisatie inzichtelijk hebt waar de meeste CO2-winst valt te boeken. Okay, dus bij ons moeten we actie ondernemen rondom de stalen damwanden. Of nee, bij ons zit de impact vooral in het type deklaag. Het gaat om die inzichten; waar moet je je op richten?’